29.07.19

Friends


Ergens op een oude zolder, ergens in een lichtoverschoten studio. De buren van beneden hebben tot laat in de avond. De oude dichter kraakte op de internet-tv. Dat ik dacht, dat ik die ogen. Dacht ik, dat ik die ogen zo, dacht ik. Kraakte de oude dichter in de jeugd van zijn dag. Het was de ochtend dat het leven nog zou gaan beginnen. De song was nog niet geschreven schreef een latere Nobelprijswinnaar. Het schilderij krijgt zijn eigen huid. Het regent verhalen in de kantlijn van zijn handschrift. Het wit overwoekert. Aan de andere kant van een andere wereld. Het Nieuwe Europa, het oude Amerika. Ik schrijf de naam op van de mij ongekende schilder. Richard Aldrich. Ik onderteken mijn Tickering, tackering backside. Ergens hebben wij elkaar ontmoet. Zonder het te weten.





Richard Aldrich, Bortolami Gallery


29.07.19

Friends


Somewhere in an old attic, somewhere in a light-flooded studio. The downstairs neighbours have until late in the evening. The old poet creaks on the internet TV. That I thought, that I those eyes. I though, that I those eyes like that, I thought. The old poet creaked in the youth of his day. It was the morning that life was still about to begin. The song had not yet been written, a later Nobel Prize winner wrote. The painting gets its own skin. It's raining stories in the margin of his handwriting. The white is overgrowing. On the other side of a different world. The New Europe, the old Amerika. I write down the name of the painter unknown to me. Richard Aldrich. I sign my Tickering, tackering backside. We met somewhere. Without knowing.










Dick Berckenkamp, Tickering, Tackering, 2012