15.01.19

We ontmoeten


Een dag in het Van Abbe. Iemand vraagt mij om er bij te komen zitten. We geven elkaar een hand. Mohammed heet hij. Vertelt het komende uur voluit over de Berbers, over taal, over het Arabisch, over de woorden die op de kussens zijn geborduurd. Hij vraagt ons een kussen te kiezen. Ik spreek, lees geen Arabisch. René ook niet. En Linde evenmin. We schudden handen, wisselen namen uit. We kiezen een kussen op kleur. Op het gekozen kussen staat het woord ‘bezoeken’. Dat is wat we doen. We bezoeken op een zondagmiddag het Van Abbemuseum en kijken naar het werk van Glukya. En nu, op dit moment, zijn we er zelf onderdeel van. Mohammed beveiligt, René schrijft over muziek, Linde schrijft over geluk en ik schrijf over beeldende kunst. Deze middag ontmoeten we elkaar omdat het toeval dat zo wilt. We proberen te luisteren, we proberen te vertellen. We denken ook een beetje na over de plekken waar luisteren, vertellen, ontmoeten niet zo vanzelfsprekend is. Zwarte thee, dadels, andere lekkernijen. We zijn vergeten dat andere museumbezoekers nu naar ons kijken. De tijd verdwijnt. En als we weggaan schudden we handen en beloven elkaar nog eens te ontmoeten. In een eigentijdse blog, een handgeschreven brief of ergens op een plek. Met zwarte thee misschien en dadels en heerlijkheden.