14.02.19
We zitten in de leegte


Het theater is leeg. – deze avond van een repetitie zonder publiek - Dat wil zeggen. Het podium is nog niet gevuld, dat wil zeggen. De concertvleugel wacht. In al haar zwarte aanwezigheid. Het licht is nog diffuus, buiten is het misschien herfst, of zomer, of lente, wie zal het zeggen. Hier heerst de onbestemdheid van de nevel. Gedachten verwaaien. Ineens zit hij daar. En hij speelt. Hij speelt ogenschijnlijk moeiteloos. Zijn blik toetst en torst. Wat doet deze danser? En wat doet die danser? En hoe doen zij het samen? Hij beweegt niet of nauwelijks, alhoewel. Michiel Borstlap stuurt en volgt, de dansers sturen en volgen. En wij zijn daarbij. De stille kijkers in een verder lege theaterzaal. Mijn hand volgt de bewegingen van de dansers, mijn hand volgt de vloedlijn van Michiels spel, mijn hand zoekt een heenkomen in het licht dat zich aan de donkerte van het theater ontworstelt. We zijn hier samen. De dansers zijn subliem in dit moment. Het duet van spel – muziekspel en dansspel. We zijn erbij, we zijn er onderdeel van. In de leegte die creatie heet. Zo is er niets, en dan opeens, in dat ene moment, dat wel zo’n veertig, vijftig minuten duurt, is er alles en volkomen. Woorden rijgen zich tot zinnen aaneen. Zij zegt: Zo zijn frases. Verbinden fragmenten aan elkaar tot een samenhangend ding, een zin, een volzin wellicht, een verhaal, iets wat aan elkaar doorgegeven wil woorden.

We zitten in de leegte en we zij er vol mee. In het zwart van het theater, het wit van de dansers. In iets wat er tijdelijk mag zijn, maar ook eigenlijk altijd is.